El Lector staat in de Calle de San Justo, voor de gemeentelijke openbare bibliotheek van Iván de Vargas, patroonheilige van de stad. De bibliotheek is gespecialiseerd is in collecties over Madrid.
Hombre Sentado zit tegen de muur van het Santa Bárbara Secundair Onderwijscentrum, waar vroeger het oude Vargas-paleis stond. Het beeld werd gemaakt voor de herinrichting van het plein, Plaza de la Paja, in 1997.
Beide beelden zijn van Spaanse kunstenaar Félix Hernando García.
Op 23 april 1984, Boekendag, onthulde de burgemeester van Madrid dit lieflijke beeld. Het monumentje is opgedragen aan ‘Los Libreros Españoles al libro y sus creadores’ (alle Spaanse boekverkopers, het boek en zijn makers). In zijn speech benadrukte de burgemeester het belang van lezen: ‘Een perfecte stad is een stad die geschikt is om te praten en te lezen.’
Het beeld staat aan de Paseo de Recoletos. Op de achtergrond de Nationale Bibliotheek van Spanje. Het beeld is van de hand van Manuel García Buciños.
Spanje associeer ik niet direct met lezen. Van de Scandinaviërs wordt gezegd dat het lezende volken zijn. Daar is het de hele lange winter koud en donker, wat moet je anders dan lezen. Maar Spanje, waar het leven zich buiten afspeelt, is veel minder een lezend land. Toch staat Madrid vol boekenbeelden. Deze dame bijvoorbeeld op het Plaza del Dos de Mayo.
‘Las lectural del Dos de Mayo’ heet het beeld, ‘De lezingen van de 2e mei’. Maar het wordt ook wel de ‘Verstokte lezer’ genoemd, omdat ze daar zo onbeweeglijk zit te lezen. Het beeld is gemaakt door Emilio Velilla in 1999.
Dos de Mayo Op 2 mei vieren de inwoners van Madrid de Día de la Comunidad de Madrid. Er wordt stilgestaan bij 2 mei 1808 toen het volk in Madrid de wapens oppakte om te rebelleren tegen de Franse bezetting en erin slaagde het Franse leger te verdrijven uit de stad.
Una mujer, un voto (één vrouw, één stem) is de titel van het boek dat Clara Campoamo hier in haar hand heeft.
Clara Campoamor Rodríguez (1888 – 1972) werd geboren in Madrid en was politica, advocaat en schrijfster. Ze was een van de belangrijkste pleitbezorgers van het vrouwenkiesrecht in Spanje.
Halverwege de jaren 30 was ze korte tijd minister, maar moest al snel het land ontvluchtte vanwege de Spaanse Burgeroorlog. Ze woonde en werkte eerst een aantal jaren als vertaler in Argentinië en is later naar Zwitserland verhuisd, waar ze zich vestigde als advocaat. Campoamor stierf in ballingschap in Lausanne. Ze werd later herbegraven in Donostia-San Sebastián.
Het beeld staat aan de zeepromenade in Donostia-San Sebastián, op het plein dat naar haar vernoemd is, Clara Campoamor Plaza. Het beeld is gemaakt door Dora Salazar, 2011
Voor het eerst zijn we in Bilbao, Baskenland. Hier spreken ze naast Spaans ook Baskisch, of ‘Euskara’ zoals de taal in het Baskisch heet. Het is een heel oude taal, die niet verwant is met enige andere Indo-Europese taal. Ongeveer 800.000 mensen spreken en lezen Baskisch.
Zou het boekje dat dit kind aan het lezen is in het Baskisch of in het Spaans zijn geschreven?
Het beeldje staat in de Alameda Conde de Arteche / Artetxe Kondearen Zumarkalea De stad is officieel tweetalig, zo hebben alle straten een Spaanse en een Baskische naam.
Ook het bordje bij het beeld is tweetalig: ‘Leyendo’ (betekent zowel in Spaans als in Baskisch: Lezing) Joaquín Lucarini (de kunstenaar) Marzo 2002ko Martxoa (Maart 2002 in Spaans en Baskisch (de uitgang ko achter het jaartal is een Baskische uitgang)
Dit is Argus, de verslaggever uit de Bommelstrips van Marten Toonder. Met Argus worden de duizenden verslaggevers en journalisten geëerd van de kranten en tijdschriften die hier, aan de Nieuwezijds, tot ver in de 20e eeuw werden gemaakt.
We associëren hem met Wenen, daar is hij beroemd geworden. Maar hij is geboren en getogen in Bonn en woonde er tot zijn 22 jaar (1792). En dat zul je weten ook. Overal in Bonn staan beelden en afbeeldingen van de componist. Dat hij geen vrolijke jongen was, wordt ook meteen duidelijk. Bijna altijd staat hij afgebeeld met een somber of zelfs bijna boos gezicht.
Op twee plaatsen heb ik hem ook met boek (of schrift) gespot. Voor het Postamt en voor het Alte Rathaus.
Ik was verkeerd gefietst, op weg naar huis. Zo reed ik door een wijk waar ik normaal gesproken nooit doorheen kom. Ineens zag ik vanuit mijn ooghoek dat deze vliegende man een boekje in z’n hand heeft. Gelukkig fietste er niemand achter mij, want ik remde nogal abrupt. En gelukkig had ik m’n goede camera bij me.
Het is Osip Mandelstam met zijn vrouw Nadezjda. Mandelstam was een belangrijke Russische dichter. Nadat hij Stalin in 1933 in een gedicht had bespot, werd hij verbannen. Zijn werk werd in de Sovjet Unie verboden. Toch bleef hij schrijven. Hij stief in een Siberisch strafkamp in 1938. Zijn vrouw Nadezjda heeft 25 jaar lang al zijn werk in haar geheugen bewaard en schreef daarna haar memoires.
Hun onwrikbare trouw aan wat waardevol is, wordt geëerd met dit monument.
Op de sokkel van het beeld staat een gedicht dat Osip voor Nadezjda schreef:
Hoe graag zou ik willen vliegen waar niemand me kon zien, achter een straal aan waar ik helemaal niet meer ben.
Maar jij, straal in de kring. Er is geen ander geluk. Leer van een ster de zin van licht.
Daardoor is het straal, daardoor is het licht, omdat gefluister het sterkt, omdat gestamel het warmt.
Maar ik wil je zeggen dat ik je fluisterend bestraal, dat ik fluisterend jou, kindje, opdraag aan die straal.
27 maart 1937, Voronezj, Osip Mandelstam Vertaling gedicht: Miriam Van hee
Het beeld staat in de Nadezjda Mandelstamstraat in Amsterdam. Kunstenaars: Hanneke de Munck, Sietse H. Bakker, Chatsjatoer Bely, 2015
Een meester met drie leerlingen en een boekenrij. Zijn de boeken een bron van kennis, of gaan de leerlingen gebukt onder al deze zware wetenschap? Wie zal het zeggen.
Het beeld is gemaakt door beeldhouwer Frans van den Burgt in 1965 en staat in het Beatrixpark achter het St. Nicolaaslyceum in Amsterdam.